Vorig jaar rond deze tijd stond ik op het punt naar Ghana te vertrekken. Ik had me opgegeven voor "de reis van mijn leven". Een ontwikkelingsreis langs Ghanese scholen. Een ontwikkelingsreis, maar niet in de klassieke zin van het woord. De koloniale opvattingen over ontwikkelingswerk liggen achter ons. We komen niet als blanke weldoeners onze kennis en spullen opdringen, maar vanuit gelijkwaardigheid en open dialoog leren we van en met elkaar. Mijn eigen ontwikkeling was een belangrijke drijfveer om mee te gaan.
Ik was vooral benieuwd naar de invulling van verbindend leiderschap. Ubuntu. De Afrikaanse filosofie die ervan uitgaat dat alles in verbinding staat met elkaar. Dat niets op zichzelf staat. “Ik ben omdat wij zijn”. Wat is hiervan zichtbaar op de Ghanese scholen? Op welke manier? Hoe kan ik dat vertalen naar mijn eigen praktijk?
De Westerse wereld is in transitie. We zijn op zoek naar nieuwe praktijken. Individualistische oplossingen die wij gewend zijn blijken niet (altijd meer) te voldoen. Wat kunnen we leren van collectivistische culturen, zoals in Afrika? Steeds meer wordt door het westen gekeken naar niet-Westerse oplossingen. We gaan organisaties zien als tribes; leidinggevenden als chiefs. Hoe werken we met elkaar samen?
Twee weken lang mag ik samenwerken met de schoolleider van Lume Primary School, een schooltje prachtig gelegen op het Ghanese platteland. Headmaster William is een boom van een man, vriendelijk en goedlachs. Een man met visie en een man van zijn woord. In zijn kleine kantoortje hebben we heel wat uren gesproken over onderwijs. Op een ochtend vraagt hij naar mijn mening over een leraar die niet goed functioneert. In Ghana bepaalt de overheid waar leraren geplaatst worden. Niet-functionerende leraren worden voortdurend overgeplaatst. De meester maakte nog maar een paar weken deel uit van het team. Collega's praten over hem. William zit duidelijk met deze man in zijn maag.
Ik observeer een paar lessen van deze meester. Na de les praten we na. Aanvankelijk doet hij vrolijk. Maar na een tijdje praten, geeft hij toe dat hij ongelukkig is. Het leraarschap valt tegen. Hij wil wel, maar weet niet hoe. Hij vertelt vol schaamte dat hij geen scholing heeft gehad en al veel scholen van binnen heeft gezien zonder dat iemand hem een steuntje in de rug gaf. Hij durft niet te vragen om hulp, uit angst voor gezichtsverlies.
Terug in Williams kamer vraag ik William of er mogelijkheden zijn voor scholing en voor het samenwerken met collega’s. William zwijgt. Ik voel me ongemakkelijk. Had ik iets geks gezegd? In Nederland merk ik wel eens hobbels als het gaat om samenwerken. Maar vanwege de Afrikaanse Ubuntu-gedachte had ik hooggespannen verwachtingen voor Ghana. Heb ik het mis?
Ineens staat William op en loopt een rondje langs alle lokalen. “Dear teachers, staff meeting in 10 minutes!” Tien minuten later verlaten alle leraren hun lokalen. In de teamroom wachten ze af wat de Headmaster te vertellen heeft. Zonder introductie en zonder iemand in het bijzonder aan te spreken, zegt William: “Dear teachers, what can we do to help each other grow?”
Reactie plaatsen
Reacties